Al langer speelt de discussie over het gevaar van opgevoerde e-bikes. Inmiddels beschikt de politie over rollenbanks waar de e-bike getest kan worden op de maximum snelheid. Is de fiets sneller dan de toegestane 25kmh, dan volgt een boete, en bij herhaalde overtreding confiscering van de fiets.
Is dat terecht? Welk doel wordt hier bereikt?
Waar menigeen op een gewone fiets al lekker voor de wind trappend harder rijdt dan 25kmh, een racefietser die snelheid voor watjes vindt en gemìddelden van 30kmh aantikt, is een begrenzing van een e-bike sowieso al raar.
Beter zou het zijn te kunnen kiezen uit categorien van ondersteuning voor je fiets, zoals we dat bij de gewone fiets ook kennen: Stadsfiets. Tourfiets. Racefiets. 25km, 35km, speedpedelec bijvoorbeeld
Wil je een rustig gangetje, dan kies je voor een fiets die pak m beet, 25 gaat. Wil je wat vlotter, dan kies je voor een fiets die dat kan. Doelgerichte ondersteuning dus.
Ooit was het doel van de Fietsersbond het terugdringen van de auto. De auto werd gezien als gevaarlijk voertuig. Groot, snel, en bij aanrijdingen vaak dodelijk verwondend.
Nu wordt de (opgevoerde) e-bike door de bond gezien als gevaarlijk. Weliswaar klein, maar snel en daardoor gevaarlijk.
Het doet me denken aan de komst van de eerste trein: Niet harder dan 25, anders raken onderweg gepasseerde kippen van de leg en koeien aan de zure melk.
Ik denk dat het verstandig is wanneer de Fietsersbond weer onverkort gaat kiezen voor de fiets, of dat nu een gewone terugtrapremfiets is, een toerfiets met 101 versnellingen, een kalmpjes rijdende e-bike of een speedpedelec. Allemaal 1 fietsfamilie, die de auto kan verslaan in aantrekkelijkheid.
Juist die wat snellere e-bikes zijn van groot belang bij het terugdringen van woon-werkverkeer. Door er mee om te gaan zoals de Fietsersbond nu doet en landelijk omarmd wordt door de autolobby, werkt juist contraproductief.
Auto’s worden hoe langer hoe groter en nemen hoe langer hoe meer kostbare ruimte in in onze woongebieden. Door hun grootte zijn ze onoverzichtelijker, minder wendbaar en ook nog 's, als elektrisch, sneller in acceleratie. Veel gevaarlijker dan in de tijd van het ontstaan van de Fietsersbond.
Door het opheffen van fietspaden langs 30km wegen worden auto’s en fietsen ook nog eens gedwongen smalle wegen te delen. Een fiets begrensd op 25kmh en een auto die 30 mag, maar sneller wil op een smalle 30km weg. Wie verzint toch dit soort absurde combi’s?
Afijn. Terug naar de rollenbank. De rollenbank is een oplossing aan de verkeerde kant van het probleem. Pak het probleem aan waar het probleem zit: Een forse beperking van de openbare ruimte door een veel te veel aan obesitas leidende auto’s.
Het probleem is namelijk niet de snelle fiets, maar de beperkte ruimte waarin die fiets kan functioneren.
Terug dus naar de basis van de Bond: gun de ruimte aan de fìetsers, niet aan de autos. Minder auto
s is meer ruimte voor de hele fietsfamilie. Goed voor ons, goed voor het milieu.
Groet
Huup